Financiën
Wat mag het kosten?
Baten, lasten en mutaties reserves
bedragen x € 1.000 | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
5.1 - Onderwijs | Realisatie 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Raming 2020 | Raming 2021 | Raming 2022 | |
Lasten | 9.707 | 1.661 | 1.737 | 1.745 | 1.811 | 1.802 | |
Baten | 869 | 746 | 720 | 701 | 683 | 665 | |
Saldo baten en lasten | 8.837 | 915 | 1.017 | 1.044 | 1.128 | 1.138 | |
Stortingen in de reserves | 0 | 1.100 | 50 | 63 | 0 | 0 | |
Bijdragen uit de reserves | 3.007 | 1.375 | 262 | 262 | 338 | 338 | |
Resultaat | 5.830 | 641 | 805 | 844 | 791 | 800 |
Welke verschillen zijn er ten opzichte van voorgaand jaar?
In het resultaatgebied 5.1 Onderwijs zijn de lasten € 76.000 hoger.
De belangrijkste verschillen zijn:
- Hogere lasten onderwijsachterstandenbeleid omdat er meer geld vanuit het Rijk wordt ontvangen (€ 26.000 nadelig)
- Hogere toegerekende loonkosten (€ 38.000 nadelig)
In het resultaatgebied 5.1 Onderwijs zijn de baten € 26.000 lager.
- Hogere rijksbijdrage voor onderwijsachterstandenbeleid (€ 26.000 voordelig)